De belangrijkste consequentie van de bovengenoemde ontwikkelingen is natuurlijk wel dat het hele Nederlandse bestuursrechtssysteem, wat is gebouwd op een democratische controle door het bestuur, plotseling onafhankelijk is geworden. Maar dit, zonder dat hierbij ook de privileges die in de oude situatie zonder al te grote problemen aan de rechterlijke macht verleend konden worden (benoeming voor het leven), tegelijkertijd ook werden herzien. Een benoeming voor het leven is een garantie een onafhankelijke rechtspraak, maar ook voor een zelfstandig autocratisch bestuur, wanneer er niemand meer ‘hoger’ is dan de rechter, zoals bij Kroonberoepen nog wel het geval was.
De functieverandering van de bestuursrechters de gedurende de afgelopen jaren, waarin niemand de rechters ter verantwoording kan roepen en zij ook geen verantwoording hoeven af te leggen aan de bevolking, laat echter zien dat het voor bestuursrechters, in de huidige situatie, niet meer voldoende is om in één wereld te leven. Maar kan dat, gelet op de aard van de rechtspraak?
Dit ‘democratische gat’ is de directe aanleiding voor de Nederlandse stikstofcrisis.
Een rechter die aan de regering of het publiek verantwoording moet afleggen, zou het niet in zijn hoofd halen om, ten tijde van een grote woningnood, de vergunning voor een groot bouwproject te Egmond a/d Hoef, in de kop van Noord Holland, te weigeren, vanwege mogelijke schade aan de Brunsummerheide, een natuurgebied ten Oosten van Heerlen (Zuid-Limburg). (casus: ECLI:NL:RBNHO:2022:3375).
En welke rechter zou het in zijn hoofd halen om de regering in een uitspraak te sommeren om haast te maken met de Stikstofwet (casus: ECLI:NL:RBMNE:2021:4505), wanneer hij verantwoording zou moeten afleggen aan dezelfde Minister of volksvertegenwoordiging? Of erger nog; welke Minister zou een handtekening zetten onder een rechtsuitspraak waarin de (al extreem lage) drempelwaarden voor stikstof worden geschrapt, vanwege een uiterst vage uitspraak van het Europese Hof, die hierop niet eens betrekking had?
Zaken als de Toeslagaffaire en Stikstofcrisis zullen zich echter eindeloos blijven herhalen wanneer we volhouden dat de rechter aan de hand van ‘het Recht’ ook voor ‘wilde problemen’ adequate bestuurlijke oplossingen kan aandragen.
Het oude Kroonberoep was misschien zo slecht nog niet. Het is sowieso een voordeel wanneer Ministers ook eens geconfronteerd worden met de consequenties van het ‘eigen’ beleid voor ‘echte mensen’ en niet alleen maar in discussie te moeten met mensen als Jesse Klaver, Geert Wilders en Thierry Baudet.
Om tegemoet te komen aan de bezwaren van het Europese Hof zou het al voldoende zijn om een beroepshof naar Amerikaans model op te richten. Een toetsing van de rechtmatigheid van een regeringsbeslissing zou een belangrijke winst opleveren, ook ten opzichte van het huidige model.
Om Amerikaanse toestanden te voorkomen zou het waarschijnlijk wel goed zijn om de leden van een Nederlands ‘Supreme Court’ wellicht niet ‘voor het leven’ te benoemen. Zelfs in het door en door juridisch administratieve machtsblok van de Europese Unie, worden rechters slechts voor een periode van negen jaar gekozen, door de Parlementaire Vergadering en het Comité van Ministers van de Raad van Europa. En dat heeft goede redenen, wanneer een onafhankelijke rechter uitspraak moet doen over zaken die de hele bevolking betreffen en hij (of zij) regeringsbeslissingen mag overrulen.
Ik begrijp dat Henk Naves het niet met me eens is: