PSV -FC Wageningen 1-6

Een bekentenis, ik ben al meer dan 50 jaar fan van de Eindhovenaren. Ik heb meegeleefd en meegeleden met Bent Schmidt Hansen (Zoef de Haas), Skiete Willie, Jan van Beveren (de grootse van allemaal) Ralf Edstrom, Jurrie Koolhof (Jurrie geeft de bal alleen aan Koolhof), Halvar Thorensen, Michel Valke, de fabuleuze lichting 1988, het Zuid Amerikaanse leger met Romario, Ronaldo en Alex, Luc Nilis tot nu met Xavi Simons en Sangare.
En in al die 50 jaren heb ik misschien drie keer gezien dat ons PSV minder was dan Ajax.

Mijn emotionele beleving bedriegt. Niemand was beter dan Ajax de afgelopen vijftig jaar. Maar liefst 22 kampioenschappen in Amsterdam tegen (toch nog) 20 naar Eindhoven. Maar ik vond Johan Cruijff fors overschat. Van Basten een aansteller en eigenlijk alleen van Soren Lerby, Frank Arnesen en Jari Litmanen vond ik jammer dat de scouting van PSV had lopen slapen.

Wat heeft Wageningen hiermee te maken, zult u zich inmiddels afvragen…
PSV is natuurlijk niet alleen een voetbalclub, maar ook sinds een paar jaar een symbool van het anti-randstedelijke sentiment. De boerûh.
En dan komt Wageningen ineens wel om de hoek kijken als het nog steeds onverwerkte drama van december 1977: PSV staat op dat moment bovenaan in de Nederlandse competitie. Was (uiteraard) veel beter dan de concurrentie. Overwintert in de UEFA Cup (die het in dat jaar ook zou winnen tegen het Bastia van Johnny Rep). En stuit dan op FC Wageningen voor de KNVB-beker.

FC Wageningen is in 1977 een middelmatige Eerste divisie club. Aan het einde van het jaar, op 21 december 1977, komen ze voor de beker op bezoek bij het sterkste Nederlandse team van dat moment.
Het werd 1-6 voor de Wageningers. Een ongekende deceptie, wat alles te maken had met een volledige onderschatting van een matige, maar zeer gemotiveerde tegenstander (voor wie het de wedstrijd van het jaar betrof).

Motivatie

De boerûh tegen Wageningen. Anno nu zien we ineens in de ‘echte wereld’ iets heel vergelijkbaars gebeuren.
De Nederlandse boeren, voormalig vlaggenschip van de succesvolle Nederlandse economie, worden plotseling in het nauw gedreven door een klein groepje, maar zeer gemotiveerde tegenstanders (voornamelijk) uit Wageningen. Wageningen is de succesvolle leverancier van zo ongeveer alle Nederlandse wetenschappers die zich tegen stikstof hebben gekeerd. Een besloten clubje waarin iedere twijfel wordt weggezet als graadmeter voor ondeskundigheid.
En dan gaat het ineens niet meer over een wetenschappelijke discussie met onderbouwde argumentatie, maar om ‘winnen’.

En ik verdenk ook bona fide wetenschappelijk geschoolde journalisten van onze kranten, dat zij in deze ‘wedstrijd’ tussen Wageningen en de Boeren, aan een soortgelijke, iewat blinde ’clubliefde’ lijden. Stikstof belijden staat gelijk aan natuurliefde en degenen die hier niet aan doen missen deze Liefde dan ook.
Marcel aan de Burgh maakt het in het NRC heel duidelijk: “Bij het denken over duurzaamheid zijn er twee stromingen, zo schrijft Holmes Rolston III, een van de grondleggers van de milieuethiek, in zijn boek A new environmental ethics, waarvan in 2020 een herziene versie is verschenen. In de eerste stroming staat de economie centraal. Verbetering van milieu en natuur is bijzaak en alleen gerechtvaardigd als die de economische groei niet in de weg staat. Land en grondstoffen worden beschouwd als natuurlijk kapitaal. Het model is „extractief”.
In de andere stroming heeft het milieu de prioriteit. De economie moet opereren binnen allerlei grenzen, bijvoorbeeld voor schone lucht, gezonde landbouwbodems en aantrekkelijke landschappen.”

Wanneer je de stikstof-hypothese in twijfel trekt, zoals Jaspers, pas je in de eerste (als karikatuur neergezette) stroming. Goed tegen slecht, David (FC Wageningen) tegen Goliath (Philips Sport Vereniging).
Vervolgens werd volledig eensgezind het boekje van Arnout Jaspers over de stikstof-problematiek (overigens een best-seller in het genre) in zo ongeveer ieder nieuwsblad met de grond gelijk gemaakt. Hij stelt immers dat het eigenlijk wel meevalt met dat probleem…

Mede hierdoor geloof ik dat Holmes Rolston III iets is ‘vergeten’; of misschien stond de stroming waar het om gaat in 2012 (het jaar van het verschijnen van zijn boek) nog in zijn kinderschoenen. Maar waar vallen diegenen onder, die onder de vlag van ‘het voorzorgsbeginsel’, terug willen naar de natuur, en alles wat naar industrie en massaproductie smaakt, (meestal in theorie) afwijzen?

Het is natuurlijk een beetje vreemd. Nederland gaat gebukt onder een ‘zware stikstoflast’, die maakt dat normale economische processen als huizenbouw, uitbreiding van bedrijven en snelwegen, vaak onmogelijk worden gemaakt door de stikstofbelasting van de ‘kwetsbare natuur’.
Het gaat dan om een miljarden kostende milieuproblematiek, die uniek is voor Nederland. Ook in vergelijking met de omliggende buurlanden, die ‘te kampen hebben’ met een vergelijkbaar industrieel agrarisch complex (en dito stikstofbelasting).

Dan komt er een boekje waarin (blijkbaar op lastig te weerleggen wetenschappelijke gronden) twijfel wordt geuit tegen de aard en omvang van het probleem. En vervolgens keren ’s lands nieuwsbladen (hoeders van de democratie) zich ‘en masse’ tegen deze auteur, zonder al te diep in te gaan op de argumenten die in het boekje worden gepresenteerd.
Willen ‘we’ gewoon niet horen dat de ‘stikstofgesel’ die ons vaderland als sinds decennia teistert, misschien helemaal niet bestaat? 

Eerlijk is eerlijk, ik heb het boek niet gelezen, maar ik geloof dat ik de ruim 20 euro ook in mijn zak kan houden, de negatieve kritieken laten immers niet meer veel te raden over ten aanzien van het boek, en ik zie nogal wat overeenstemming met mijn site als ik de artikelen van Jaspers over stikstof eens nalees.

Fijnstof?

Wanneer we het over kwaliteitskranten hebben in Nederland, dan hebben we het over het NRC Handelsblad. Ook het NRC besteedde, zoals hierboven al kort werd aangegeven, aandacht aan het boekje van Jaspers. En volledig tegen de goede gewoonte van ‘de betaalmuur’, rondom haar eigen artikelen mag nu iedereen -ook zonder abonnement- kennis nemen van de NRC-opinie over het boek van Jaspers. (of heb ik toevallig weer nieuwe artikelen cadeau gekregen?) Het stuk is geschreven door Marcel aan de Burgh, winnaar van de ‘Citi Journalistic Excellence Award’ en dus een stukje met wat meer substantie dan waarmee andere kranten kwamen.

Ik heb het al verklapt. Dat boekje van Jaspers kwam er dus niet goed vanaf, alleen de kop al:
“Het stikstofboek van Arnout Jaspers is een selectief pleidooi tegen vitale snippers groen”.
Oei, dat begint al niet best.

Aan de Burgh begint maar gewoon even door Jaspers de maat te nemen:
“Het beeld van Jaspers staat haaks op de beweging die Europa aan het maken is, naar meer en strikter beschermde natuur, naar gezondere bodems, schoner water en meer biologische landbouw. (..)

Dan de feiten. Daarin kiest Jaspers erg selectief. Zo benadrukt hij de sociaal-economische kosten van de stikstofcrisis. Maar nergens noemt hij de kosten die de hoge stikstofuitstoot nu met zich meebrengt.
De twee bronnen, de stikstofoxiden uit met name verkeer en industrie, en ammoniak uit met name de landbouw, spelen een belangrijke rol bij het ontstaan van fijnstof in de lucht. En fijnstof zorgt in de EU jaarlijks voor circa 300.000 vroegtijdige sterfgevallen (door onder meer astma, hart- en vaatziekten en longkanker). Alleen al daarvan worden de sociaal-economische kosten op ten minste 230 miljard euro per jaar geschat.”

Een rare opening. Wat weet Aan de Burgh van de beweging die Europa aan het maken is? Waar zit dan het grote verdienmodel voor de ‘biologische landbouw’ ineens? Strikter beschermde natuur? In Noord- en Oost Europa misschien, waar complete Natura 2000 gebieden worden gekapt om hier in West Europa als biomassa de klimaatcrisis te bezweren?

En dan; 300.000 voortijdige sterfgevallen door fijnstof? Dat is toch echt appels met peren vergelijken. Wanneer we fijnstof als probleem ervaren, dan zou de normstelling van fijnstof flink naar beneden moeten. Maar ja, we zitten met die rare, veel te ruime,  Europese regels, waaraan we ons moeten conformeren. Aan de Burgh zal hier toch wel begrip voor hebben?

En is stikstof (voornamelijk uit de landbouw) dan het grote probleem bij die fijnstofproblematiek? Niet volgens Infomil:
“Ruim de helft van het fijnstof in Nederland is van natuurlijke oorsprong. Het gaat daarbij om bijvoorbeeld zeezout en bodemstof. Menselijke activiteiten veroorzaken de andere helft (de zogenaamde ‘antropogene bijdrage’).

Het verkeer (weg en water) is de grootste bron van fijnstof, vooral door het gebruik van diesel. Het verkeer stoot zo’n 40% van het fijnstof uit. Daarin wordt ze op de voet gevolgd door de industrie die ongeveer evenveel uitstoot. Daarna volgt de landbouw die zo’n 23% van het fijnstof uitstoot.”

Landbouw dus 11,5% van het totaal (waarvan ook nog een deel niet-stikstof). Nee, dit is geen overtuigend argument. Bovendien staat het volledig los van de stikstofproblematiek die met name is gerelateerd aan de belasting van de ‘kwetsbare natuur’ (die blijkbaar verantwoordelijk is voor heel wat meer fijnstof). 

Biodiversiteit

Maar Aan de Burgh gaat verder:

“Selectief is Jaspers ook als hij het over de staat van de natuur en de biodiversiteit in Nederland heeft. (…)Voor Nederland, waar 351 soorten worden gevolgd, is de situatie gemiddeld ietsje verbeterd sinds 1990. Geen achteruitgang dus.

Maar daar is wel wat op aan te merken. Zo zijn er naast de LPI andere indicatoren, zoals het grote aantal bedreigde soorten op de Rode Lijst, die laten zien dat het niet goed gaat met de natuur. En uit de laatste zesjaarlijkse evaluatie van de Natura 2000-gebieden blijkt dat van de 52 gerapporteerde habitattypen er slechts zes in een gunstige staat zijn. Dit vermeldt Jaspers niet.”

Juist, maar dat was de vraag ook niet. Gaat de natuur achteruit de afgelopen 30 jaar, door de stikstofoverlast? Blijkbaar niet en dat wordt ook door Aan de Burgh niet ontkend.

Maar bij de achteruitgang van de natuur in Nederland speelt volgens Aan de Burgh de geïntensiveerde landbouw een centrale rol:

“In eerste instantie met zijn ruilverkaveling, monoculturen, kunstmest en bestrijdingsmiddelen, maar de laatste decennia vooral door verlaging van de grondwaterstanden, wat voor verdroging zorgt, en de te hoge uitstoot van stikstof, die tot vermesting en verzuring leidt.

Juist de natuur op het platteland blijft achteruit hollen. En landbouwgrond maakt ruim de helft van Nederland uit. Hierover heeft Jaspers het niet – hij legt de rol van de landbouw in het stikstofprobleem sowieso slecht uit. Hij volstaat met te zeggen dat je kunstmest en bestrijdingsmiddelen nou eenmaal nodig hebt, terwijl wereldwijd druk wordt gezocht naar duurzamere vormen van landbouw.”

Hoe weet Aan de Burgh dat: “de te hoge uitstoot van stikstof, tot vermesting en verzuring leidt.”?
En gaat Aan de Burgh nu ontkennen dat je voor moderne landbouw kunstmest en bestrijdingsmiddelen nodig hebt? Daar zijn ze zelfs in Wageningen nog niet mee begonnen…

Tot dusverre is er geen enkele stikstofstudie geweest die de stelling van Mr. Nitrogen, Mark Sutton, de meest eminente stikstofonderzoeker van Europa, en reviewer van het Nederlandse stikstofbeleid in de jaren negentig, heeft kunnen pareren met zijn stelling dat de verzuringscrisis is bezworen. (zie link)
Vermesting? Door een gemiddelde depositie van 20 kg stikstof per jaar en waarschijnlijk nog veel minder? Het gaat inderdaad niet best met de boerennatuur, maar komt dat echt door stikstofdepositie (zie link)?

De strenge stikstofnorm

Hoezo is onze norm streng? Dat valt best mee volgens Aan de Burgh:

“Jaspers vergelijkt de situatie met die in Duitsland en Denemarken, waar de regels volgens hem soepeler zijn. Met wetenschap heeft dit niks te maken. De waarden in Duitsland (300 gram per hectare per jaar) en Denemarken (700 gram per hectare per jaar) zijn door de politiek vastgesteld. En de Nederlandse waarde is het gevolg van de uitspraak van de Raad van State in september 2019. Het oordeel komt er kortweg op neer dat de overheid te weinig deed om de schade aan Natura 2000-gebieden te beperken. Het beleid was in tegenspraak met de Europese Vogel- en Habitatrichtlijn die voorschrijft dat Natura 2000-gebieden in een goede staat van instandhouding moeten worden gebracht en gehouden. En achteruitgang van de toestand is verboden.”

Dat in Duitsland en Denemarken de regels aanmerkelijk (60.000 en 120.000 maal) soepeler zijn dan in Nederland, heeft niets met Wetenschap te maken? Want ze zijn door de politiek vastgesteld?
Ik weet natuurlijk niet in welke wereld Aan de Burgh leeft, maar zijn denken over het (toch heel nabije)  buitenland doet weinig onder voor de manier waarop Kuifje in Afrika tegen zijn gekleurde medeburgers aankijkt…

Natuurlijk, het is ook allemaal niet zo gemakkelijk om bij te houden. Maar de Duitse stikstofnorm is toch echt heel uitgebreid door de Duitse hoogste rechters beoordeeld (zie link). En in orde bevonden (twee weken voor het Nederlandse draconische vonnis van 29 mei 2019).

Zelfs de interpretatie van Aan de Burgh over deze Nederlandse uitspraak is volledig uit de duim gezogen. De uitspraak van de Nederlandse rechters was niet dat de Nederlandse normen in tegenspraak met de Europese Vogel- en Habitatrichtlijn waren.
Het ging daarover dat je geen stikstofrechten mag uitgeven voordat duidelijkheid daarover bestaat dat de gestelde doelen ook daadwerkelijk worden bereikt (zoals in de genoemde Duitse uitspraak ook nog met nadruk wordt gesteld).
Het ging over het middel (de programmatisch aanpak) en niet over de Nederlandse normstelling zelf. In het pre-advies van de Advocaat-Generaal van de EU wordt zelfs opgemerkt:
“Het is denkbaar dat deze waarden voldoende wetenschappelijk zijn gefundeerd om elke redelijke wetenschappelijke twijfel weg te nemen dat extra stikstofdepositie in deze omvang geen significante gevolgen kan hebben voor beschermingszones.

  1. Daarvoor pleit op het eerste gezicht dat deze waarden slechts een fractie zijn van de „critical loads” van habitattypen die bijzonder gevoelig zijn voor stikstof: 0,017 % en 0,23 % van de belastbaarheidsgrens van 6 kg N/ha/jr voor oligotrofe stilstaande wateren in het laag- en heuvelland met vegetatie behorend tot de klasse Littorelletalia uniflorae (Natura 2000 code 3110) en 0,01 % en 0,2 % van de belastbaarheidsgrens van 7 kg N/ha/jr voor actieve hoogvenen (Natura 2000 code 7110). Voor de meeste andere habitattypen liggen de „critical loads” voor een deel aanmerkelijk hoger.(52)

  2. Daarnaast voorziet artikel 2, lid 3, van het Nederlandse Besluit grenswaarden programmatische aanpak zelfs in een automatische verlaging van de grenswaarde van 0,05 à 1 mol N/ha/jr naar 0,05 mol N/ha/jr, wanneer voor betrokken stikstofgevoelige oppervlakten nog slechts 5 % van de depositieruimte beschikbaar is. Deze regeling voorkomt het risico van cumulatie van stikstofdepositie uit een groot aantal op zichzelf gezien onbeduidende bronnen, de zogenoemde „dood door 1000 sneden”.(53)

  3. Het Duitse Bundesverwaltungsgericht is echter duidelijk minder streng bij het vaststellen van een de-minimisdrempel voor stikstofdepositie. Onder vakgeleerden zou er namelijk consensus over bestaan dat in het geval van een zeer hoge belasting van de betrokken habitats een extra belasting van niet meer dan 3 % van de „critical load” onmogelijk kan leiden tot significante veranderingen in de feitelijke staat of tot een significante beperking van het herstel van een gunstige staat.(54) Of deze vaststelling van de Duitse rechtspraak alles bij elkaar genomen verenigbaar is met artikel 6, lid 3, van de habitatrichtlijn, hoeft hier niet te worden uitgemaakt. De uitspraak vormt echter eveneens een aanwijzing dat in elk geval de duidelijk lagere Nederlandse drempel- en grenswaarden wetenschappelijk gefundeerd kunnen zijn.”

Dat is toch echt iets anders dan Van de Burgh hier beweert…
Ja, de Nederlandse normstelling is vergeleken met het buitenland belachelijk scherp (we hebben het dan nog niet eens gehad over een rekenmodel (AERIUS) wat volgens onze rechters wel tot 25 km kan doorrekenen (zie link)) en het kan echt geen kwaad om dit ruiterlijk toe te geven en er zelfs misschien eens over na te denken hoe dit nou toch zo gekomen is…

Omgekeerde wereld?

Aan de Burgh is er klaar mee. Bijna verontwaardigd klinkt het over zoveel ‘domheid’:

“Door de uitspraak van de Raad van State geldt: eerst de neerslag van stikstof op gevoelige Natura 2000-gebieden flink terugbrengen, dan weer economische ontwikkeling. Dat is voor Jaspers de omgekeerde wereld. Hij vindt de rechtspraak te streng, en pleit ervoor om de waarde van Duitsland over te nemen. Dat zou toch weer economische activiteiten – en een mogelijke stijging van de stikstofneerslag – mogelijk maken. Want waarom zou Nederland zo’n uniek streng beleid willen voeren, vraagt hij zich af?

Maar je kunt het ook omdraaien. Misschien is Nederland wel de voorbode voor andere landen. In Vlaanderen is vorige maand een akkoord gesloten om de ammoniakuitstoot in 2030 met 40 procent te hebben verminderd ten opzichte van 2015, en de uitstoot van stikstofoxiden met 45 procent. Duitsland wil de ammoniakuitstoot in 2030 met 30 procent hebben teruggebracht.”

Maar de te hoge stikstoflast is momenteel een van de meest nadelige factoren op de natuur, naast onder meer verdroging. Dus is het logisch dat de KDW zo’n centrale rol speelt. Dat is niet alleen in Nederland zo. Duitsland heeft twee jaar geleden vastgelegd dat in 2030 in 50 procent van de Natura 2000-gebieden de stikstofneerslag onder de KDW moet liggen. (…)

Zijn boek is vooral een moreel pleidooi. Ter ondersteuning selecteert hij feiten die in zijn beeld passen en verkondigt hij halve waarheden. Hij legt de werkelijke problematiek slecht uit, en maakt niet goed duidelijk wat voortkomt uit politiek, rechtspraak of wetenschap, de lezer in verwarring achterlatend. Hij gaat ook voorbij aan Europese milieu- en klimaatafspraken, waar Nederland nou eenmaal mee heeft ingestemd, en waar we alleen maar meer mee te maken krijgen. In dat opzicht voert Jaspers een achterhoedegevecht.”

Daar kan Jaspers het mee doen…

Maar wie grossiert nu eigenlijk in halve waarheden?

Natuurlijk kun je verwijzen naar Duitse beleidprogramma’s met goede voornemens. Maar ‘vergeet’ er dan niet bij te zeggen dat het gaat om beleidsprogrammas met goede voornemens en noem dit niet “vastgelegd”.
Duitsland geeft ook, in hetzelfde beleidsprogramma, nog aan dat deze 50% (= nu 68% volgens de Duitse berekeningen) beleidsneutraal als autonome ontwikkeling gehaald gaat worden.
En sterker nog, dankzij de nieuwste wetenschappelijke (peer gereviewde) inzichten van vorig jaar, zie vorige blog, wordt dit al ruim gehaald ook… Daar hoor je Aan de Burgh dan weer niet over.

Sinds wanneer is het nodig om duidelijk te maken wat er “voortkomt uit politiek, rechtspraak of wetenschap”?

Ik weet het, het is een telkens terugkerend thema, maar volgens de stikstof-adepten is er blijkbaar alleen wijsheid te verwachten van de Raad van State/ StAB, waarover ik al eerder wat heb geschreven. Dat valt eigenlijk wel tegen.
De methode van het STAB om de deskundigen in het vakgebied, zonder lastige criticasters, bijeen te roepen om bij rechtszaken te adviseren, is misschien wel helemaal niet zo handig. Deskundigen kunnen de deskundigheid van de ander alleen beoordelen op basis van hun eigen deskundigheid. Dit betekent meestal dat deskundigen alleen diegene deskundig vinden die het met hun eigen standpunten eens zijn. En dat leidt soms tot hele merkwaardige (en slechte) jurisprudentie. Zoals we de afgelopen jaren hebben mogen meemaken…
Maar gek genoeg bestaan er in het buitenland ook rechtbanken en -het is ongelooflijk-  die volgen die ‘onze hoogste wetsgeleerdheid’ helemaal niet…

Wanneer je als auteur simpelweg geen kennis hebt op dit gebied, pretendeer die dan ook niet te hebben. Kortom, de weergave van Aan de Burgh is daarmee toch wel een erg “selectief pleidooi” geworden. Liefde maakt blind…

Ten slotte

Voor alles lijkt de stikstof-strijd een soort sportwedstrijd geworden met fanatieke aanhangers in beide kampen. Maar is dit niet een wedstrijd die op argumentatie beslecht kan worden, zonder de winnen of verliezen-mentaliteit die op dit moment door Nederland woekert, ten aanzien van zo ongeveer alle politiek beladen discussies?

Dan gaat het dus toch ook over een verandering van mindset.
Lang heb ik gemeend dat Johan Cruijff zelf, door Jan van Beveren en Willy van der Kuijlen uit het Nederlands elftal te weren, de smadelijke nederlaag tegen de Duitsers op 7 juli 1974, op zijn geweten had.
Het heeft bij mij ongeveer twintig jaar geduurd voordat ik mijn stelling enigszins heb kunnen nuanceren. Die Cruijff kon toch eigenlijk best wel een aardig balletje trappen…

Het is te hopen dat de Nederlandse opiniemakers iets eerder in gaan zien dat het gevecht met stikstof-critici misschien wel op een vergelijkbare emotie is gebaseerd. Er zijn echt hele vreemde elementen in het Nederlandse stikstofbeleid en wanneer de vinger eens op de zere plekken wordt gelegd, hoeft dat niet te betekenen dat ‘de anderen’ selectief ‘halve waarheden’ verkondigen, die vragen om ‘ontmaskering’. 
Het zou natuurlijk kunnen, maar dat vraagt wel om een eerlijke benadering van de feiten, die je dan wel goed moet kennen…

Echte fans zien soms dingen die anderen weer niet zien…

Geplaatst

in

door

Tags: